Veel mensen die ik spreek van het thuisfront zijn naast mijn ervaringen met een nieuw land en een nieuwe stad vooral ook benieuwd hoe het gaat tussen mij en Willem op zo'n grote afstand. Zelf was dat van tevoren ook één van de belangrijkste dingen waar ik me zorgen over maakte: hoe kun je op zo'n afstand toch een volwaardige relatie houden? Moet je de relatie tijdelijk op een laag pitje zetten om er niet steeds op een pijnlijke manier aan herinnerd te worden dat je niet bij elkaar bent, elkaar niet kunt vasthouden, etc.? Of moet je elkaar juist elke dag intensief op de hoogte houden van al je doen en laten om elkaar te kunnen blijven begrijpen en steunen? Mensen die mij goed kennen, weten dat ik van nature meer neig naar het laatste. Ik heb de neiging mensen dicht bij me te houden, op de huid te zitten. Willem en ik zijn in Utrecht aan zo'n intieme relatie gewend, we zien elkaar elke dag, wonen een straat bij elkaar vandaan en weten altijd wat de ander doet. Ik heb me daarom regelmatig afgevraagd of zo'n buitenlandverblijf wel aan mij besteed was. Wat deed ik mezelf aan? Ik wist weliswaar dat ik niet op een ongezonde manier afhankelijk was van Willem, maar toch leek het me heel moeilijk om zo'n gewenningspatroon te doorbreken.
Af en toe dacht ik ook aan de romantische kant ervan: we zouden brieven kunnen schrijven, het verlangen naar elkaar zou kunnen groeien door de afstand, we zouden misschien pas echt gaan beseffen hoe bijzonder het was wat we hadden. Van brieven schrijven is het tot op de dag van vandaag nog niet gekomen. Skype, e-mail, what's app zitten in de weg, af en toe wel tot mijn spijt. Skypen is heel verleidelijk, het heeft er namelijk de schijn van het meest op de gewone dagelijkse omgang te lijken: je hebt direct contact, hoort elkaars stem én kunt de ander ook nog zien. Toch weet ik niet zeker of ik wel zo blij ben met Skype. Dat de verbinding tussen Willem en mij vaak hapert, wat natuurlijk erg irritant is, is daar niet eens de enige oorzaak van. Belangrijker vind ik dat het juist omdat het de normale omgang zo nabootst, zo duidelijk maakt dat er afstand is - het is het net niet en daardoor extra frustrerend. De herfstwandeling samen, het romantische diner, biertjes in de kroeg: dat krijg je er allemaal niet bij. E-mails en what's app vind ik fijner, deze media houden je niet de illusie voor dat het misschien toch mogelijk is elkaar even écht te zien.
Zoals ik al eerder vertelde, doe ik een vak over brieven, om precies te zijn brieven van Amerikaanse schrijvers in de twintigste eeuw. De brieven die ik tot nu toe heb gelezen zijn geschreven tussen ongeveer 1930-1970. Wat me steeds weer opviel is de rijkheid van ervaringen en taal die de schrijvers met elkaar deelden: met een beschrijving van hun omgeving, hun ontmoetingen, hun eten en hun denken drukken ze gevoelens uit voor de geadresseerde. Het verschil tussen deze brieven en de moderne communicatiemiddelen is groot. Via sms kan ik Willem elk moment van de dag laten weten dat ik van 'm hou en dat ik hem mis. Een brief zou meer energie vergen en Willem zou hem pas een paar dagen later ontvangen. Toch denk ik steeds vaker dat een brief een veel intensere manier van communiceren is. Smsjes worden meestal niet subtiel geformuleerd, daarvoor is het medium te vluchtig. Verder dan varianten op 'ik hou van je' en 'wat doe je nu' kom ik meestal niet, moet ik eerlijk toegeven. In een brief kun je al je vocabulaire en al je gedachten kwijt en daarmee kan een brief één groot 'ik hou van je' zijn, zonder dat het expliciet opgeschreven is. Als goed voornemen heb ik daarom ook om minder te Skypen en te beginnen met het schrijven van brieven. Op een prettige manier brengt dat dichterbij wat ik onder andere mis: het samenzijn waarin we goede gesprekken hebben waarin we met elkaar delen wat ons het meeste bezighoudt, welke gedachten op de achtergrond ons handelen bepalen.
Voor de mensen die zo benieuwd zijn hoe het nu gaat tussen Willem en mij: even goed als altijd, maar ook: beter dan ooit. Het geeft me veel vertrouwen dat we zo ver weg van elkaar nog steeds even zeker weten dat het helemaal goed zit. Ik mis hem niet hartverscheurend (oké, heel af en toe...), ik denk zelfs niet 'elk moment van de dag' aan hem, maar toch is hij zo verweven met mijn doen en laten dat ik dit verblijf in Sheffield zonder hem niet zo zou kunnen doen.
Af en toe dacht ik ook aan de romantische kant ervan: we zouden brieven kunnen schrijven, het verlangen naar elkaar zou kunnen groeien door de afstand, we zouden misschien pas echt gaan beseffen hoe bijzonder het was wat we hadden. Van brieven schrijven is het tot op de dag van vandaag nog niet gekomen. Skype, e-mail, what's app zitten in de weg, af en toe wel tot mijn spijt. Skypen is heel verleidelijk, het heeft er namelijk de schijn van het meest op de gewone dagelijkse omgang te lijken: je hebt direct contact, hoort elkaars stem én kunt de ander ook nog zien. Toch weet ik niet zeker of ik wel zo blij ben met Skype. Dat de verbinding tussen Willem en mij vaak hapert, wat natuurlijk erg irritant is, is daar niet eens de enige oorzaak van. Belangrijker vind ik dat het juist omdat het de normale omgang zo nabootst, zo duidelijk maakt dat er afstand is - het is het net niet en daardoor extra frustrerend. De herfstwandeling samen, het romantische diner, biertjes in de kroeg: dat krijg je er allemaal niet bij. E-mails en what's app vind ik fijner, deze media houden je niet de illusie voor dat het misschien toch mogelijk is elkaar even écht te zien.
Zoals ik al eerder vertelde, doe ik een vak over brieven, om precies te zijn brieven van Amerikaanse schrijvers in de twintigste eeuw. De brieven die ik tot nu toe heb gelezen zijn geschreven tussen ongeveer 1930-1970. Wat me steeds weer opviel is de rijkheid van ervaringen en taal die de schrijvers met elkaar deelden: met een beschrijving van hun omgeving, hun ontmoetingen, hun eten en hun denken drukken ze gevoelens uit voor de geadresseerde. Het verschil tussen deze brieven en de moderne communicatiemiddelen is groot. Via sms kan ik Willem elk moment van de dag laten weten dat ik van 'm hou en dat ik hem mis. Een brief zou meer energie vergen en Willem zou hem pas een paar dagen later ontvangen. Toch denk ik steeds vaker dat een brief een veel intensere manier van communiceren is. Smsjes worden meestal niet subtiel geformuleerd, daarvoor is het medium te vluchtig. Verder dan varianten op 'ik hou van je' en 'wat doe je nu' kom ik meestal niet, moet ik eerlijk toegeven. In een brief kun je al je vocabulaire en al je gedachten kwijt en daarmee kan een brief één groot 'ik hou van je' zijn, zonder dat het expliciet opgeschreven is. Als goed voornemen heb ik daarom ook om minder te Skypen en te beginnen met het schrijven van brieven. Op een prettige manier brengt dat dichterbij wat ik onder andere mis: het samenzijn waarin we goede gesprekken hebben waarin we met elkaar delen wat ons het meeste bezighoudt, welke gedachten op de achtergrond ons handelen bepalen.
Voor de mensen die zo benieuwd zijn hoe het nu gaat tussen Willem en mij: even goed als altijd, maar ook: beter dan ooit. Het geeft me veel vertrouwen dat we zo ver weg van elkaar nog steeds even zeker weten dat het helemaal goed zit. Ik mis hem niet hartverscheurend (oké, heel af en toe...), ik denk zelfs niet 'elk moment van de dag' aan hem, maar toch is hij zo verweven met mijn doen en laten dat ik dit verblijf in Sheffield zonder hem niet zo zou kunnen doen.